Met ongeveer 385.000 werknemers, een totale omzet van ruim EUR 135 miljard in 2016 en solide exportprestaties is de voedingsindustrie een van de belangrijkste bedrijfstakken in Italië.
- Groei van meer dan 2% verwacht in 2017 en 2018
- Versnippering en grootte van kleine bedrijven blijft een probleem
- Vleessegment blijft onder druk staan
Met ongeveer 385.000 werknemers, een totale omzet van ruim EUR 135 miljard in 2016 en solide exportprestaties is de voedingsindustrie een van de belangrijkste bedrijfstakken in Italië. In de laatste maanden van 2016 steeg de omzet licht, na jaren van een stagnerende binnenlandse consumptie. Veel Italiaanse voedingsbedrijven (vooral in de pasta- en bakkerijsegmenten) profiteren van de sterke internationale reputatie van het merk ’Made in Italy’.
De toegevoegde waarde van de Italiaanse voedingsmiddelen- en drankenindustrie zou met 2,2% moeten stijgen in 2017 en met 2,4% in 2018, vooral dankzij de export, terwijl de binnenlandse vraag minstens stabiel zou moeten blijven. De winstmarges blijven naar verwachting stabiel, maar over het algemeen wel klein . Voedingsproducenten en voedingsverwerkende bedrijven torsen vaak een grote schuldenlast om het nodige werkkapitaal te financieren. Door zijn anticyclische prestaties blijven leningen aan de voedingssector echter interessant voor banken en andere financiële instellingen. Zo kunnen ze hun investeringen in activa diversifiëren, ook tijdens negatieve economische cycli.
De productie, verwerking en detailhandel in de Italiaanse voedingssector blijven sterk versnipperd, in een zeer competitief bedrijfsklimaat. Zelfs de grootste Italiaanse voedingsretailers zijn klein vergeleken met andere, grote internationale spelers. Dat voedingsproducenten doorgaans klein zijn, hindert hun internationale expansie. Tegelijk vormt e-commerce een steeds grotere uitdaging voor traditionele, fysieke winkels. Om hun marktpositie te consolideren is er momenteel een concentratieproces bezig in de Italiaanse detailhandel in voeding.
Sinds 2012 legt een nieuwe wet (‘Artikel 62’) een maximale betalingstermijn van 30 dagen voor bederfbare waren en van 60 dagen voor niet-bederfbare waren op aan de voedingssector. We stellen vast dat de meeste bedrijven zich daaraan houden, terwijl eventuele verzoeken om betalingsuitstel doorgaans te maken hebben met liquiditeitsproblemen bij de afnemers. In 2017 daalde het aantal insolventies in de voedingssector; de komende zes maanden verwachten we opnieuw een daling die kan oplopen tot 10%.
Ons acceptatiebeleid voor Italiaanse voedingsbedrijven blijft over het algemeen open. We hanteren echter een restrictiever beleid voor het segment vleesproductie en -verwerking. Deze deelsector kampt immers al enkele jaren met omzetdalingen als gevolg van gewijzigde consumptiegewoonten, terwijl de financiële toestand van veel afnemers vrij zwak is.
We zien veel gevallen van vermeende fraude in de voedingssector, vooral in het segment vlees, vis en groothandel. Daarom kijken we vooral naar de frequentie van aanvragen voor kredietlimieten en de betrouwbaarheid van de bedrijfsvoering. Financiële cijfers van afzonderlijke bedrijven die afwijken van het gemiddelde voor de sector/deelsector, zijn een waarschuwingssignaal.
Download
De sleutel tot succesvol internationaal ondernemen is accurate economische informatie over markten en sectoren, met een intelligente blik naar toekomstige trends.
In dit onderdeel van onze publicatiesectie geven de economische experts van Atradius u een essentiële analyse van de wereldeconomie - verleden, heden en toekomst.