In vergelijking met andere Amerikaanse sectoren kent de machine-industrie maar weinig insolventies. In de tweede helft van 2015 zou dat aantal nog moeten stabiliseren of zelfs licht dalen (met 1%).
- Verdere daling van het aantal wanbetalingen verwacht
- Vraag blijft naar verwachting stabiel
- Lage olieprijs kan nadelige gevolgen hebben voor koopsectoren
De Verenigde Staten is niet alleen de grootste machinemarkt ter wereld, maar ook de op twee na grootste producent. Binnenlandse producenten nemen bijna 60% van de Amerikaanse binnenlandse markt voor hun rekening. In 2014 kende de machinesector een vrij gunstig bedrijfsklimaat; de industriële productie steeg met meer dan 5,0% op jaarbasis, onder andere dankzij een 6,7% grotere verwerkende sector en een 18,8% grotere mijnbouwsector. In het eerste kwartaal van 2015 daalde de vraag echter, terwijl de industriële productie met 1% daalde op jaarbasis, door de zwakke prestaties van de sectoren mijnbouw en nutsvoorzieningen. De machine-industrie kent echter traditioneel gezien een
tragere groei in het eerste kwartaal. Men verwacht dan ook dat de vraag de komende maanden weer zal aantrekken. De winstmarges van bedrijven zouden over het algemeen stabiel moeten blijven in 2015. De volatiliteit van de grondstoffenprijzen (staal) en energieprijzen (steenkool en olie) blijft echter een probleem.
De Amerikaanse machinesector bestaat vooral uit kleine en middelgrote ondernemingen (mkb), maar ook uit tal van grote beursgenoteerde bedrijven en iconische Amerikaanse merken die wereldwijd actief zijn. In de meeste gevallen kunnen deze grote bedrijven gemakkelijk aan externe liquide middelen komen. Grote spelers zoals John Deere en Caterpillar hebben een eigen financieringsmaatschappij met het oog op aankopen van hun apparatuur.
De kapitaalintensieve machinesector is over het algemeen sterk afhankelijk van bankleningen. Amerikaanse banken zijn in principe bereid om leningen aan de sector te verstrekken, maar er zijn ook andere geldschieters zoals Machinery Finance Resources (MFR), die zich gespecialiseerd hebben in leningen voor de machinesector.
De gemiddelde betalingstermijn in de Amerikaanse machine-industrie is 30 dagen, hoewel ook langere betalingstermijnen mogelijk zijn, doordat aan sommige kapitaalapparatuur een groter prijskaartje hangt. Het betalingsgedrag de afgelopen twee jaar was goed, met een vrij beperkt aantal wanbetalingen. De verwachting is dat het aantal wanbetalingen de komende zes maanden nog verder zal dalen, met ongeveer 5%. In vergelijking met andere Amerikaanse sectoren kent de machine-industrie maar weinig insolventies. In de tweede helft van 2015 zou dat aantal nog moeten stabiliseren of zelfs licht dalen (met ongeveer 1%). Aangezien de machinesector zich volledig hersteld heeft van de
kredietcrisis in 2008/2009, zijn zwakkere spelers al in de vorige recessie van de markt verdwenen.
Dankzij het gunstige kredietrisico en de goede bedrijfsprestaties hanteren we een doorgaans open acceptatiebeleid voor de Amerikaanse machinesector. Enige voorzichtigheid is geboden wat de deelsector landbouwmachines betreft, die in 2014 een verkoopdaling van meer dan 10% liet optekenen, en belangrijke koopsectoren voor industriële machines vanwege het effect van de olieprijs: door een aanhoudende daling van de olieprijs kunnen olieproducerende bedrijven zich genoodzaakt zien om hun booractiviteiten te beperken. Dat kan tot lagere kapitaaluitgaven voor de aankoop van machines en apparatuur leiden.
Downloads
1009KB PDF