De deelsector van de binnenlandse food-retail bleef in 2017 en 2018 groeien en zal naar verwachting meer dan 59 miljard euro bedragen.
- Winstmarges zijn verder verslechterd
- Betalingen gebeuren na gemiddeld 45 à 60 dagen
- Meer betalingsachterstanden en insolventies verwacht
De Nederlandse voedings- en drankensector is in 2018 verder gegroeid, waarbij de groei van de toegevoegde waarde in 2018 naar verwachting met meer dan 4,5% zal toenemen, en in 2019 wordt opnieuw een stijging van meer dan 2% verwacht. De binnenlandse consumptie wordt ondersteund door een aanhoudende economische groei en een hoog consumentenvertrouwen, terwijl de exportvraag solide is gebleven. De winstgevendheid van Nederlandse voedingsbedrijven is over het algemeen hoog en de winstmarges zijn in 2018 gestegen, met stabiele vooruitzichten voor 2019.
De deelsector van de binnenlandse food-retail bleef in 2017 en 2018 groeien en zal naar verwachting meer dan 59 miljard euro bedragen. De voedingsdiensten (horeca, restaurants, vrije tijd, hotels en ‘on the move’ verkooppunten) is goed voor ongeveer 35% van de totale uitgaven, terwijl het aandeel van de food-retail ongeveer 65% bedraagt. Het segment voedingsdiensten blijft groeien dankzij solide economische prestaties en het feit dat meer mensen vaker buitenshuis eten. Deze gewoonte wordt gedreven door het stijgende aandeel van werkende vrouwen, het groeiende aantal millenials, drukke werkschema’s en ‘on-the-go’ consumptiegewoonten. Supermarkten spelen in op deze trend door een kleinere gemakswinkelvariant te openen in drukke stadscentra, op treinstations en op bedrijventerreinen. In het tweede halfjaar van 2017 en het eerste halfjaar van 2018 was er echter sprake van een daling van het verkoopvolume, omdat de gespecialiseerde winkels niet konden profiteren van de algemene groei van de voedseluitgaven. Er is felle concurrentie van supermarktketens, die hun assortiment verder hebben verbeterd. Daarom moeten traditionele winkels zich omvormen tot gespecialiseerde winkels, banketbakkers en kwaliteitstraiteurs om op de lange termijn te kunnen overleven.
De online voedingsretail maakt opgang. Terwijl die online voedingsretail nog altijd een klein marktaandeel vertegenwoordigt (2,8% in 2017), zijn er tal van factoren die op een sterke groei wijzen voor de komende jaren, tot 9% in 2025. Voor supermarkten is e-commerce in veel gevallen nog steeds verliesgevend, maar ook een manier om marktaandeel te vergroten, klanten te binden en nieuwkomers buiten de deur te houden.
Nederland is een van de grootste exporteurs van landbouw- en voedingsproducten; alleen de VS is groter. De vleesverwerkende en zuivelsector zijn de belangrijkste sectoren op het vlak van voedingsexport.
Het bedrijfsmodel van de Nederlandse zuivelindustrie is sterk internationaal georiënteerd. België, Frankrijk en Duitsland zijn de grootste belangrijke markten binnen de EU, maar ook de overzeese markten in Azië en het Midden-Oosten zijn van groot belang. De verwachting is dat de vraag naar zuivelproducten in 2019 verder zal toenemen, maar het bedrijfsresultaat van bedrijven in de verwerkende sector staat onder druk door lage prijzen voor basiszuivelproducten en prijsconcurrentie in kindervoeding in Azië, waardoor volume en marges onder druk komen te staan. Tegelijkertijd is de Nederlandse melkaanvoer in 2017 en 2018 sterk gedaald door de invoering van een fosfaatreductieprogramma, omdat melkveehouders hun aantal koeien hebben verminderd. Nederland is de grootste importeur en exporteur van pluimveevlees in Europa. De marktomstandigheden in dit segment zijn gunstig geweest en de financiële resultaten zullen hoger liggen dan het gemiddelde van de afgelopen vijf jaar. Voor het sterk exportgerichte kalfs- en rundvleessegment wordt verwacht dat het bedrijfsklimaat in 2019 stabiel zal blijven. In het segment varkensvlees zijn de marktomstandigheden uitdagender geworden door de toegenomen concurrentie en hogere grondstofkosten. Een harde brexit kan grote gevolgen hebben, want met 14% van het volume en 16% van de waarde is het Verenigd Koninkrijk de belangrijkste markt voor Nederlands varkensvlees.
De gemiddelde betalingstermijn is 45 dagen en het aantal betalingsachterstanden, betalingsuitstel en insolventies blijft laag in vergelijking met andere Nederlandse sectoren; voor 2019 worden geen grote veranderingen verwacht. Banken zijn doorgaans bereid om leningen te verstrekken en de schuldenlast van kleine en middelgrote Nederlandse voedingsbedrijven (kleine bedrijven met minder dan 10 medewerkers niet meegeteld) is laag vergeleken met hun sectorgenoten in andere EU-landen.
Daarom blijft ons acceptatiebeleid openstaan voor de meeste belangrijke subsectoren van de voedingsindustrie, terwijl het neutraal is voor speciaalzaken en zuivelverwerking als gevolg van de hierboven vermelde kwesties.
De risico’s die tot een terugval in de prestaties van de sector kunnen leiden, nemen echter toe, aangezien de sterke exportgerichtheid veel Nederlandse voedingsbedrijven gevoelig maakt voor geopolitieke risico’s, handelsgeschillen en prijs-/ valutaschommelingen. Kwesties zoals een escalatie van het Sino-Amerikaanse handelsconflict en een harde brexit kunnen in 2019 aanzienlijke risico’s met zich meebrengen (bijvoorbeeld in termen van toegevoegde waarde is het Verenigd Koninkrijk goed voor 8% van de Nederlandse export en 3% van het Nederlandse bbp).
De sleutel tot succesvol internationaal ondernemen is accurate economische informatie over markten en sectoren, met een intelligente blik naar toekomstige trends.
In dit onderdeel van onze publicatiesectie geven de economische experts van Atradius u een essentiële analyse van de wereldeconomie - verleden, heden en toekomst.