De internationale handel van het Verenigd Koninkrijk is door brexit en de coronacrisis de afgelopen maanden gedaald. Waar de daling in de handel met de EU in eerste instantie vrijwel gelijk leek aan die van de handel met de rest van de wereld, leert een nadere beschouwing dat over een langere periode gemeten de daling in de handel tussen het VK en de EU dubbel zo groot is als die met de rest van de wereld. De oorzaak ligt in belangrijke mate bij brexit. De grote onzekerheid omtrent het uittreden van het VK uit de EU heeft daarbij een grotere rol gespeeld dan de veranderde handelsregels zelf.
Scherpe daling in eerste kwartaal
De eerste drie maanden van 2021, het eerste kwartaal waarin de nieuwe handels- en samenwerkingsovereenkomst (TCA) tussen de EU en het VK van kracht is, hebben bij alle grote handelspartners van het VK een scherpe daling van de handel laten zien. De krimp was het sterkst in Ierland (-37 procent in het eerste kwartaal van 2021 ten opzichte van het vierde kwartaal van 2020). De handel met Nederland kromp ook aanzienlijk (-22 procent). Bedrijven hebben sinds 1 januari 2021 te maken met hogere kosten, zoals vertragingen in de toeleveringsketen in de productiesector, toegenomen papierwerk en de nieuwe oorsprongsregels.
Krimp sterkst in brandstoffen en machines en transportmiddelen
De handel krimpt het sterkst in de Britse sector brandstoffen. Ook de grootste exportsector naar de EU, machines en transportmiddelen, laat een sterke krimp zien (bijna 20 procent). De export van de chemiesector presteert beter, hoewel deze sector wel last heeft van de oorsprongsregelsclausule in de TCA.
Brexit blijft belangrijke uitdaging
In een periode waarin de wereldhandel voorzichtig herstelt van de coronapandemie en sterke groeivooruitzichten naar de toekomst laat zien, blijft brexit een neerwaarts risico voor de handel tussen het VK en de EU. Na een dieptepunt in februari 2021 neemt de handel weer langzaam toe, maar is nog lang niet op het niveau van voor brexit.